Naarmate ik ouder word, probeer ik mij te omringen met mensen die er ongeveer dezelfde ideeën of interesses op na houden als ik zelf. Personen van wie je weet dat je er tot laat in de avond mee kunt discussiëren, lachen of tips uitwisselen.
Maak je je zorgen over de wereld die we achterlaten voor de volgende generatie? Laten we het erover hebben onder het genot van een vegetarische bitterbal. Heb je een creatieve geest? Feministisch en antiracistisch? Kom erbij! Heb je net als ik een ongezonde voorliefde voor Harry Potter en de magische wereld terwijl je allang niet meer in de doelgroep valt? Wees welkom bij de club!
Kortom; ik bevind me in een bepaalde bubbel. Gooi er bij in de mix dat ik een Randstedelijke millennial ben die in de media werkt en graag een broodje smashed avocado eet bij dat veel te hippe en dure koffietentje op de hoek en het plaatje is compleet.
Ik ben niet de enige die in zo’n bubbel leeft. Het is iets wat we allemaal doen; ons omringen met gelijkgestemden. Tel daarbij op dat de filters en algoritmes van social media zich allemaal aanpassen aan onze voorkeuren en de bubbel is compleet. Dit hoeft niet erg te zijn, maar onbewust nemen we die tunnelvisie ook mee op de werkvloer. Media managers, marketeers en brandmanagers maken dus ook keuzes in hun werk die gebaseerd zijn op die voorkeuren, die bubbel. We maken onbewust bepaalde keuzes voor adverteerders en hoewel dat dus niet gek is, is het wel iets waar we ons bewust van moeten zijn en doorheen moeten prikken.
Stel, je wilt een brede doelgroep binnen Nederland bereiken. Ben je zelf bijvoorbeeld een NRC- of Volkskrant-lezer, dan ben je eerder geneigd om deze titel mee te nemen in je mediamix en ben je misschien minder geneigd om De Telegraaf in te zetten. Maar zo sluit je onbewust een deel van de doelgroep van je adverteerder uit.
De Telegraaf vertegenwoordigt namelijk de stem van de samenleving en bereikt elke dag miljoenen Nederlanders. De Telegraaf-journalisten durven te zeggen waar het op staat en ze gaan elke dag tot het gaatje om de waarheid boven tafel te krijgen. Grote maatschappelijke issues worden zonder poespas en opsmuk behandeld. Herkenbaar, recht voor zijn raap en prikkelend.
En ook als je, net zoals ik, geen fysieke krant meer op je keukentafel hebt liggen, is De Telegraaf alsnog aanwezig in je woonkamer. Onze journalisten zitten namelijk dagelijks aan tafel bij diverse talkshows. Zo is misdaadverslaggever John van den Heuvel regelmatig te zien bij RTL Boulevard, zit Saskia Belleman vaak aan tafel bij Jinek om rechtszaken te duiden en verschijnt politiek verslaggever Wouter de Winther geregeld bij Goedemorgen Nederland.
De Telegraaf is dus die stem van de samenleving en biedt merken toegang tot de Nederlander. Dat doen we niet alleen met de geprinte krant, maar ook via diverse online kanalen. Zo heeft De Telegraaf diverse succesvolle podcasts en social media kanalen. En door de investering in deze ‘nieuwe’ media bereikt de titel ook een jong publiek: 43% van alle GenZ’ers in Nederland en zelfs 50% van alle millennials. De Telegraaf-journalisten maken content die de doelgroep leest en ook echt begrijpt en passen de tone of voice aan aan het betreffende kanaal.
Kortom: ook als een medium zoals De Telegraaf niet jóuw medium is, kan het alsnog een gouden middel zijn om precies jouw doelgroep te bereiken. Een kans die je, juist als je altijd op zoek bent naar de ideale mediamix, wellicht dus niet wil missen.
Benieuwd in hoeverre jij media inzet die vooral bij je eigen bubbel aansluiten en hoe je dat eventueel kunt doorbreken? Mijn collega’s en ik gaan graag het gesprek met je aan!