Zoeken:

Onze taal is voortdurend aan verandering onderhevig, al eeuwenlang. Wie vandaag de dag hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hic anda tu wat unbidan we nu? leest, zal er waarschijnlijk geen chocola van kunnen maken. Toch is het Nederlands, van bijna duizend jaar geleden.

Woorden evolueren met ons mee. In principe wordt onze spelling continu aangepast om het schrijfleven makkelijker te maken. Of dat lukt, is een legitiem discussiepunt. Sinds 1995 zijn ongeveer duizend woorden van spelling veranderd. Je moet het maar allemaal bij kunnen houden. Velen worstelen nog altijd met de wijziging van de zogeheten tussen-n, die van pannekoek pannenkoek en van paddestoel paddenstoel maakte.

Ooit schreven we mensch. Dat woord spraken we ook zo uit, je hoorde die sch echt. Langzamerhand verdween de sch uit de spreektaal en uiteindelijk ook uit het geschreven woord. De spelling werd zodoende aangepast aan de taal die we spraken. En dat zou zomaar vaker kunnen gebeuren.

Zeikerd of taalnazi

Van een zin als ‘ik moet me auto weer is wassen, want dat is lang niet gebeurt’ gaan bij een beetje taalliefhebber de nekharen overeind staan. Terwijl er waarschijnlijk legio types te vinden zijn die er geen fout in kunnen ontdekken. En mocht je ze erop wijzen dan ben je een zeikerd, boomer of taalnazi. ‘Je snapt toch wat er staat’, is dan het argument.

En misschien krijgen ze wel gelijk. Misschien wordt ‘is’ en ‘me’ in plaats van ‘eens’ en ‘mijn’ wel doodnormale spelling. En waarom zouden we blijven stoeien met d-tjes en t-tjes? Onlangs werd er geopperd om het woord ‘het’ te schrappen, zodat alleen de lidwoorden ‘de’ en ‘een’ overblijven. De meisje, de kantoor, de boek. Ach ja joh, waarom niet?

Als tekstschrijver is het de vraag wanneer je meebuigt met niet-officiële spellingsveranderingen die onder de goegemeente allang zijn ingeburgerd. Als het enige criterium nog is dat men snapt wat er staat, dan wordt onze taal een ratjetoe waarin je als schrijver de vrije hand hebt wat spelling betreft. Willen we daarin meegaan? En wat als je het niet doet? Begrijpen jongeren dan straks nog wel wat er staat? In hun appgroepjes wordt immers heel anders gespeld.

Expres fouten maken

Sinds enige tijd krijgen wij van klanten waar we teksten voor schrijven regelmatig de vraag of we woorden expres verkeerd willen schrijven. Dat heeft te maken met SEO. Klanten plaatsen dan in de tekst een linkje achter een woord waarop mensen veel zoeken. En sommige woorden worden vaak verkeerd gespeld. Bijvoorbeeld ‘voetbalbroekje’. Dat is officieel één woord. Maar er wordt vaak online gezocht naar voetbal broekje. Met een spatie ertussen dus. Hetzelfde gebeurt met autoverzekering of herenschoenen. Fout! Ook websites die dit soort producten verkopen maken zich hier schuldig aan, omdat ze dan eerder worden gevonden. Commercieel gezien is het logisch, maar wij weigeren bewust fouten in onze teksten te maken. Maar ja, hoe lang is het nog fout?

Correct Nederlands schrijven blijft bij ons een vereiste. Al voelen we ons weleens als Asterix en Obelix, die dapper blijven strijden tegen de Romeinen terwijl de rest zich allang gewonnen heeft gegeven.